Visegrad

Op 5 september fietsen we naar Visegrad. Op de ANWB-kaart aangeduid als interessante plaats en er wordt geadverteerd met een Donau-fietsroute van Szentendre naar Visegrad. 🔝
De eerste 5kilometer voeren onder de bomen, langs het water (het eerste stukje reden we al een paar keer naar ons restaurantje daar): mooi en heerlijk om te fietsen. Daarna raken we het spoor al snel bijster. Het fietspad houdt op en leidt naar de grote weg (de 11) en rechts komen we steeds op opbegaanbare paden waar ook geen fietsaanduidingen staan. Dan maar een stukje over de weg. Maar met de klank van de sirenes van gisteravond (een flink ongeluk hier op de weg) nog in de oren, fietsen we daar niet echt relaxt! Zo gauw het kan nemen we het pondje naar het eiland in de Donau om daar naar het noorden te rijden, bijna tot op de hoogte van Visegrad. “Dat kan nooit zo druk en gevaarlijk zijn als hier …” is de gedachte en dat klopt. Alleen hadden we gehoopt dat het iets meer zou zijn dan één rechte lange weg door de velden, die gelukkig af en toe omzoomd is door een flinke bomenrij zodat we nog enigszins in de schaduw fietsen. Als we op de hoogte van Visegrad zijn, staat er al weer een pondje klaar en net als daarnet worden we flink geholpen met het naar binnen tillen van onze fietsen. Ze zijn hier duidelijk niet gewend aan veel fieters op de veerboot. Dit is ook maar een zij-armpje van de Donau en we staan binnen 2 minuten aan de overkant, maar ja….zwemmen met de fiets in de nek is ook geen optie!
En dan staan we binnen een paar kilometer in Visegrad….

Een dorp van niks: geen gezellig dorpspleintje, bijna uitgestorven. Het enige pleintje dat we kunnen vinden is er een met wat winkeltjes met huisvlijt en 2 dichte eetgelegenheden. Ja, toegegeven: boven op een hoge berg staat een te bezoeken kasteel. Maar weten jullie hoe zwaar het is om daar naar toe te klauteren als het 34 graden is en in de volle zon… ?
Wij ook niet…want we hebben er geen seconde aan gedacht om het te gaan proberen.

We fietsen bijna dezelfde weg terug, alleen gooien we op het lange recht saaie stuk op het eiland de turbo erin, waardoor het een stuk korter lijkt. So far, so good!
Om het gevaarlijke stuk op de autoweg (11) te vermijden hebben we bedacht om iets verder door te rijden op het eiland en dan een veerboot tegenover “ons” restaurant terug te nemen. We hebben gezien dat daar een veerpont vaart en zo op Google te zien, moet dit mogelijk zijn….

Nou, laat ik het zo zeggen: we hebben het voor elkaar gekregen, maar we hebben op een stuk dijk gereden (en terug) en uiteindelijk kilometers lang dwars door de kale boerenakkers over een karrenspoor dat er uiteindelijk toe leidde dat we via een smalle bosweg bij de bedoelde veerboot uitkwamen.
We zijn dan zo’n dikke 50 km. op de teller verder en echt wel moe met een fietsbatterij die op het punt staat zijn laatste adem uit te blazen.

We komen terug op de camping weer wat bij, laden de batterijen op en fietsen dan nog even door naar het dorp Szentendre. Daar is een marsepeinmuseum waar ze uiteraard ook lekkere marsepein verkopen: even een paar stukje kopen. Lekker! 🤤
We stappen het winkeltje binnen en lopen door naar achter waar we een marsepeinmakerij vermoeden.
We worden door een dame tegengehouden die ons naar boven verwijst waar het museum is. Maar wij willen alleen iets kopen, dus dat doen we niet.
Peter wijst nog wel naar een bord met een tweetal teksten. De bovenste tekst is Hongaars (vermoeden we logischerwijs), maar het tekst daaronder lijkt ons Russisch. Peter vraagt welke taal dat is. De dame snauwt vervolgens heel kortaf dat ze dat niet weet!….??? In haar eigen winkel hangt een tekstbord met een tekst in een voor haar onbekende taal?
Als wij enigszins verbouwereerd blijven staan, draait ze zich om en zijn we lucht voor haar.
Ik koop er ook geen marsepein meer: ik heb er ineens geen zin meer in.

Hoewel de Hongaren over het algemeen best vriendelijk zijn, is dit niet de eerste keer dat er zoiets gebeurt. In het openluchtmuseum raakte Peter is gesprek met de medewerker die informatie gaf in het gereformeerde kerkje. Ging allemaal zeer onderhoudend en vriendelijk, tot het gesprek kwam op Transsylvanië in Roemenië en een eventuele wens om dit weer tot Hongaars grondgebied te rekenen.
Hij wees alleen maar naar zijn hart en zweeg in alle talen en toen de woorden Poetin en UkraĂŻne vielen was hij er klaar mee, draaide zich om en zweeg verder. Wat een verschil met de lieve dame die ik – ook daar – sprak (ik vertelde er gisteren al over).
Hoe vrij is de Hongaar om politieke issues te bespreken? Daar zijn we nog niet echt over in gesprek kunnen raken, maar we proberen het wel. We hebben nog een week.

Dit bericht is geplaatst in Uncategorized. Bookmark de permalink.