Vandaag bekijken we het Pha Taem National Park op het land i.p.v. vanaf de rivier en dat is een heel ander verhaal.
De rivier stroomt dan ergens diep daar beneden: je staat zelf op de rand van die hoge kliffen waar je vanaf de boot tegenaan keek. Het is geen Grand Canyon, maar het doet me er wel aan denken. Ik begrijp nu pas wat de bootsman me eergisteren allemaal probeerde uit te leggen. In die rotswand bevinden zich 3000-jaar oude tekeningen. Omdat ze zo oud zijn, is het soms niet eenvoudig om ze te kunnen duiden, maar de uitleg die erbij staat maakt veel duidelijk.
Ik loop de kloof in tot en met de tweede sectie met rotstekeningen en dan ga ik op mijn gemakje terug. De ondergrond is rotsachtig en allesbehalve egaal en omdat het nu best goed gaat met mijn enkel, wil ik geen risico lopen de boel de verzieken. Peter loopt de hele loop, maar mist dan op de valreep de laatste sectie tekeningen vanwege een verkeerde afslag die hem ook nog wat extra bush, bush oplevert.
Aan het begin van het park hebben we ons dan al staan vergapen aan de zogenaamde paddestoelen. Het zijn door vulkanische erupties ontstane rotsen die daarna zo zijn uitgesleten dat er “paddestoelen” door ontstaan zijn. Het is een mooi stuk natuur.
‘s Middags is het behoorlijk warm en we genieten van het zwembadje en de ligstoelen in de tuin en mijmeren over morgen. Dan gaan we verder naar Ubon voor 2 nachten. Daar zijn we al eerder geweest, maar het is ons daar zo goed bevallen dat we er graag nog een tussenstop maken. Op 30 december vliegen we naar Chiang Mai.