1e dag
We halen de huurauto op bij het vliegveld. We hoeven niet te kiezen voor een automaat, want het zijn allemaal auto’s met een automatische versnelling. We nemen de Honda Jazz, lekker compact en pittig.
Het wegrijden en de route naar Chom Tong gaan prima. Links rijden gaat als vanzelf; de linker voorzijde inschatten lukt ook snel. Alleen het richting aangeven is problematisch. Ik vermoed dat onze richtingaanwijzers thuis links van het stuur zitten, al weet ik dat nu niet meer zeker, maar hier zitten ze rechts! Als ik richting aan wil geven, komen de ruitenwissers in acties en voor ik dat weer eens hersteld heb, heb ik de afslag al genomen, het achterkomend verkeer waarschijnlijk in opperste verwarring achter me latend. Maar de Thai zijn heel rustig en voorkomend in het verkeer.
De eerste stop is bij The Royal twin pagoda’s op 2200 m. hoogte. De tuinen rondom zijn mooi aangelegd en kleurig beplant met allerlei koolsoorten. Het korte weggetje omhoog in supersteil en ik snap niet dat er boven zoveel mensen zijn, terwijl er zo weinig mensen omhoog lopen. Dan zie ik even later dat bijna iedereen in het taxibusje gestapt is: dat hadden wij dus ook kunnen doen, maar dat zeggen ze dan niet bij de entree. Niet erg; weer wat calorieën verbrand.
Bij de volgende stop in het Kew Mae Pan Nature Trail krijgen we verplicht een gids mee die geen woord Engels kent. Ze kan nog wel zeggen dat we 1 kilo moeten klimmen en 2 kilo terug. De hele tocht zegt ze geen boe of bah, wijst naar een bordje waarop staat dat hier varens groeien, wijst op een bankje zodat we daar even kunnen gaan zitten en wijst naar de waterval met een fotomaken-beweging.
Ze loopt erbij alsof het hartje winter is (en dat is het hier natuurlijk ook) met haar donsjas en dikke muts. Ik krijg het er nog warmer van dan ik het al heb.
Boven hebben we even een gesprekje met een Bosschenaar met kind en Thaise vriendin. Hij probeert een vergelijking te maken van dit uitzicht met de Drunense duinen, maar dat lukt niet zo best. Hij is trouwens een van de weinige Nederlandse toeristen die we hier in Thailand tot nu toe tegenkomen.
In Chom Tong slapen we in een huisje in de velden bij Baan Sun Lom Joy.
“18 euro, no passport!” Het is er nogal primitief, zodat de spiegel die zowat de hele wand beslaat, nogal uit de toon valt. De kamer toont er in ieder geval wel groter door.
‘s Avonds volgt een zoektocht naar een restaurant die ons uiteindelijk in een food court doet belanden. De menukaart is niet te lezen, dan maar wat aanwijzen.
Het smaakt nog lekker ook.
De ruiten van de auto zijn superschoon!
2e dag
We rijden naar Above the Sea in Mae Sariang.
Het is een mooie route met veel bochten en steile hellingen, maar daar staat dit gebied om bekend. Of liever nog, hier is het berucht om. Iedereen aan wie wij vertelden in Chiang Mai dat we de bergen in gingen, dat ik zelf deze route ging rijden, schudde bedenkelijk het hoofd, prevelde dat het “dangerous” was, dat ik goed uit moest kijken, of vroeg of ik dat wel kon! Het gebeurde zo vaak dat Peter ook ging nadenken of we het zelf moesten gaan rijden of met een chauffeur.
Ik heb er nog geen seconde aan getwijfeld en we hebben er ook nog geen seconde spijt van. Het is heerlijk, die vrijheid!
Als we ‘s morgens wegrijden hebben we niet ontbeten. Dat zat er niet bij voor de €18,— We rijden dus naar de Martini koffiebar waar ze ons gisteravond de weg wezen naar het foodcourt.
We drinken de lekkerste koffie ooit, met een scone.
Met de fiets maken we ‘s middags een tochtje door de velden in het bijgelegen natuurpark. Eigenlijk weer op het verkeerde tijdstip, want het heetst van de dag, maar dan kunnen we na afloop lekker in het zwembadje afkoelen. Het is een leuke tocht, net niet te lang!
We hebben dan al geluncht aan de overkant bij Riverside pad thai, waar we ‘s avonds ook eten na de zeperd bij Sawadee (waardeloze cocktails en dito sfeer) Riverside was heerlijk!
‘s Middags zwem ik maar heel even want verder ben ik hard bezig om erachter te komen of de L op de automaat ook inderdaad Low Gear is en of ik de automaat daar al rijdend in kan zetten. Uiteindelijk krijg ik via een mede-gast de antwoorden: 2x “ja”.
Morgen gaan we het grootste stuk rijden door de bergen!
3e dag
Door de bergen naar Mae Hong Song.
Prachtige tocht, met ontzettend steile klimmen en dalingen (geen punt met de L😂)
We maken een paar stops:
– Bij de Mae Hu Cave (Diamant cave) met kristalvormige stalactieten.
Eerst worden we naar boven gebracht met een hov (half open vrachtautootje).
Dat is al een attractie op zich. Ik dacht dat we het met de helling naar boven wel hadden gehad, nou nee! Dit had ik niet graag zelf willen rijden; sterker nog: hier was ik afgehaakt!
Daarna gaan we met een meisje naar beneden, de grot in. Fabelachtig!
We gaan heel diep de grot in. Mijn vestje dat ik aangedaan heb vanwege de kou die ik gewend ben ik grotten, kan ik al meteen weer uitdoen. Het is erg warm in deze grot en we mogen niet langer dan 20minuten beneden zijn, want dan krijg je ademhalingsproblemen.
Helaas geen foto’s: want dat is verboden.
Op de terugweg krijgen we te maken met 5 tegenliggers op het eenbaans weggetje. Peter is uitgestapt om te kijken hoe ver ik naar links kan en dan stop ik. De wagens die erlangs moeten, zijn groot en het gaat maar het is millimeterwerk.
– de tweede stop is bij 3 mist koffie: prachtig uitzicht en lekkere koffie.
– Peter heeft gelezen dat er een Zonnevloemenveld ligt, omweg van 30 km. heen en 30 km. terug. Hij las dat op een blog van andere reizigers die hier in december naar toe waren geweest en het was zó de moeite waard….
Alle zonnebloemen zijn uitgebloeid, op een enkele laatbloeier na….
– Maar nu we er toch zijn, een km. of 8 verder moet nog een mooie waterval te zien zijn en nu de zonnebloemen zo tegenvallen….
Gelukkig, de waterval staat niet droog! Heel mooi. De plaatselijke zwerfhond is helemaal niet agressief en begeleidt mij zelfs als een p.a. naar het toiletgebouwtje.
We zien vandaag veel, maar we eten weinig. De lunch is erbij ingeschoten. Kleine compensatie de koffie met sticky rice met banaan, zo’n 8 km. voor de eindbestemming.
In het The Imperial Hotel regelen we een upgrade naar een kamer aan de achterkant met uitzicht op bomen en het zwembad, waar ik alleen maar even ben gaan liggen (water veel te koud voor mij) om na te genieten van deze dag en een beetje te “ontbochten”.
4e dag
Vandaag blijven we rond Mae Hong Son met een rondje door de bergen tegen Myanmar aan.
We rijden richting het Noorden, naar een monnikenbrug. Een mooi plekje met een tempel aan de overzijde. Het levert kleurige plaatjes op. Soms ook wel schrijnende troep….. Er zijn weer verschillende rituelen die voor geluk kunnen zorgen.
Peter werpt geluksmunten in potten. We kiezen voor gezondheid & liefde. Als we erin moeten geloven dat wordt het niks dit jaar.
De tempelwachters gaan met de tijd mee. De ene is moe (volksziekte nr.2) de andere is bezig met zijn tablet (volksziekte nr. 1). Ik weet niet wat ik zie!
(Misschien moet ik de volksziektes even toelichten.
MOE
Ik zie hier in Thailand veel slapende mensen op tijden en plekken waarvan ik denk “Hier zou het beter zijn als je wat actiever was.” Voorbeeldje: je komt op een toeristische plek met kraampjes waar spulletjes en/of eten verkocht zouden kunnen worden, maar de verkoper (m/v) zit/ligt/hangt in diepe slaap achterin de kraam.
TABLET
Ook hier in Thailand zit de tablet/telefoon aan de handen vastgeklonken.
Wij maken er ook gebruik van; best veel zelfs (routes uitzoeken, accommodaties regelen, toeristische info vergaren etc.), Maar niet elke stap hoeft vastgelegd te worden; niet elke leegte opgevuld met een blik op het scherm.
Gelukkig spelen de kinderen op het platteland nog met een stok of een steen.
Daarna rijden we naar het meer in Ban Rak Thai via een fantastisch bochtige en steile weg. Aan het meer lunchen we (o.a. champignons met theebladeren en dillesoep) met uitzicht.
Via een nog steilere, smallere weg komen we bij Pang Ung waar weer een meer ligt. Hier stoppen we maar heel even om van het uitzicht te genieten en rijden dan terug. Het gaat om de reis en die is heel mooi vandaag.
We zijn op tijd terug voor een paar baantjes in het ijskoude zwembad.
5e dag Rit naar Pai
We beginnen de dag met een bezoek aan de Karen-stam, de “Longnecks”
We hebben veel twijfel vooraf, maar gelukkig geen spijt achteraf.
We worden met een longtailboot overgezet naar het dorp.
Bij het eerste huis zit een jonge vrouw die ons veel info geeft: de nekringen zijn niet verplicht. Meisjes tussen 5 en 7 kunnen kiezen/ of hun ouders maken de keuze dat weet ik niet precies. Als ze nog jong zijn, b.v. in de pubertijd of zo dan kunnen ze nog op hun keuze terugkomen; als ze ouder worden niet meer, want dan kunnen de verslapte nekspieren niet meer zelfstandig het hoofd torsen.
Ze dragen de ringband dag en nacht, zelfs tijdens het douchen. De ringen kunnen zelfs tot 6 kilo zwaar worden. Nekken worden niet langer, maar de sleutelbeenderen worden naar beneden gedrukt, waardoor dat zo lijkt. M.i. wordt ook de ruggenwervel ingedrukt want ik heb geen langere oude vrouwen gezien.
We spreken ook wat jongere meisjes die geen nekringen dragen omdat ze “er niet van houden”. Ik heb sterk de indruk dat er na deze generatie niet veel “longnecks“ meer zullen zijn.
Dit dorp is 35 jaar geleden ontstaan doordat het Karenvolk uit Myanmar moest vluchten omdat ze met de dood bedreigd werden. Er wonen 210 mensen, er zijn 4 godsdiensten (katholiek, protestant, buddhisme en spiritisme), 5 stammen. Zij voelen zich een familie.
Deze mensen zijn heel open, geven veel info en zorgen dat je je op je gemakt voelt, want de eerste “nek” die je ziet, voelt heel ongemakkelijk.
De tweede stop is bij een vissengrot. Deze ligt in een prachtige tuin. Het is eigenlijk een vijver die een stukje doorloopt in een ondiepe grot en daar kun je door een gat in de bodem de vissen zien en voeren.
De rit is schitterend. Heel steil en een en al haarspeldbocht. Ik heb me uit kunnen leven.
Onderweg tanken we en drinken we koffie. Het meisje van het tankstation blijkt ook serveerster in het totaal verlaten koffietentje ernaast.
Ze kan niet alleen goed ramen wassen maar ook goede cappuccino maken. Ze verontschuldigt zich als ze ons alleen moet achterlaten in de koffiebar omdat er weer klanten zijn bij het tankstation. Als ze ons even later ziet wegrijden, staat ze ons uit te zwaaien.
De aankomst bij Yoma hotel is verrassend. We krijgen een veel kleinere kamer dan geboekt, althans veel kleiner dan op de website vermeld is. Peter protesteert en krijgt een update waar hij nog steeds niet tevreden mee is. Hij protesteert weer en de manager wordt gebeld. De assistent-manager brengt ons naar een grotere kamer, boven het zwembad met 2 ligbanken buiten en vrij uitzicht op de bergen. We zijn tevreden, nemen een duik en rusten uit van de prachtige reisdag.
6e dag
Dit is een echte rustdag.
We genieten van ons balkon. De ligbedden, het uitzicht, de temperatuur, het zonlicht, de rust.
Voor de lunch rijden we even naar de 2 Zusters (no 1 volgens Tripadvisor). Het is een onooglijke klein tentje buiten het centrum en het is er behoorlijk druk. We moeten half binnen gaan zitten, maar dat heeft ook een voordeel: het is er lekker koel. We bestellen een Pad Thai en die blijft zo lang weg dat we een flinke tijd zitten te kaarten. Maar, dan komt het eten en dat is het wachten waard.
Inmiddels is het restaurantje op ons na, verlaten: kennelijk kwamen we op het drukste, late moment binnen. De eigenaar komt vragen of het smaakt en maakt een praatje over zijn gerechten en vraagt waar we vandaan komen, Als hij hoort dat we uit Nederland komen, gaat hij naar zijn geluidsinstallatie en even laten schalt Guus Meeuwis met Brabant door de zaak. De muziek heeft hij van Nederlandse vrienden gekregen, glundert hij.
Na de lunch vervolgen we het programma van de ochtend: rundum Hause…
Blog bijwerken.
Dat is met deze tekst gebeurd.
Morgen gaan we naar Myanmar.