We zijn los (maar nu letterlijk)

4 Dagen geleden schreef ik “We zijn los” om aan te geven dat we wegreden. Dat lukt ons vanochtend dus niet.
Na een half-slapeloze nacht waarin ik alleen maar onophoudelijk plensbuiten hoor en in de modder zakkende campers zie, weet ik één ding zeker: bidden helpt ook niets.
Bij de eerste voorzichtige poging gaat het meteen mis: het linker voorwiel boort zich in de modder.

Gelukkig kan de campingeigenaar ons op het droge trekken en wat hebben we hier veel van geleerd.

Zo weten we nu:
– dat er vooraan de bus een klepje zit, waarachter zich een indraaipunt bevindt om getrokken te kunnen worden;
– dat we ook zo’n indraai-oog hebben met een vastzetstang! (niet onbelangrijk);
– dat we een trekkabel hebben;
– dat we ook een krik hebben!
We hebben gelukkig niet alles nodig, want de campingeigenaar heeft ons – mede doordat we zulke goeie spullen hebben 🥴🤭) in een mum van tijd op het droge!

We zijn niet de enigen dat er niet uitkomen; bovenaan de camping staat nog een Nederlands stel dat geen steek voor-of achteruit komt: ik denk dat ze blij zijn dat ze de traktor bij ons hebben zien komen!

De rest van de trip naar Oloron verloopt goed, al blijft het de hele dag verder wisselvallig.
Als we in Oloron aankomen, plenst het ook weer, maar gelukkig hebben we een plaats met een ruime grindplek, zodat ik vannacht wat slaap kan inhalen.

Onderweg zien we hier opvallend veel plaatsnaamborden ondersteboven hangen: het Franse alternatief voor omgekeerde vlaggen. Ook hier zijn de boeren ontevreden over het landbouwbeleid.

Hopelijk blijft het nu een tijdje droog want we gaan op de fiets naar Restaurant Le Trinquet, ons aanbevolen door de goedlachse campingeigenaresse. We moeten van haar wel vragen wat Oustalots zijn (de straatnaam van het restaurant).
Als iemand van mijn lezers het weet, hoor ik het graag!

Dit bericht is geplaatst in Uncategorized. Bookmark de permalink.

Een reactie op We zijn los (maar nu letterlijk)

Reacties zijn gesloten.