Pak Song

Naar Pak Song reizen we met de trein. Omdat we ruim op tijd zijn met koffer pakken en uitchecken, zijn we zeker 1 1/2 u. te vroeg op het station, maar Peter heeft voorwerk gedaan en weet dat daar een prima restaurant is met airco, goede stoelen en hij vermoedt ook goede koffie…. Het klopt allemaal tot zover.

Terwijl ik me daar eens goed installeer met veel hulp van obers en ander personeel dat de koffers binnendraagt, gaat Peter treinkaartjes regelen. Glunderend komt hij terug: een airco-coupé en gereserveerde plaatsen voor iets meer dan €15,00 totaal, voor een 2-uur durende treinreis.
We werken de social media bij onder het genot van een cappuccino.

Als het tegen de vertrektijd aanloopt, worden we weer naar het perron toe geholpen. Daar is het even ingewikkeld omdat er 2 treinen tegelijkertijd aan lijken te komen, wij met de trein op het tweede perron mee moeten maar geen toestemming krijgen van de politie (altijd aanwezig op stations) om over te steken. ”Maar”, zo bezweren zij “ het gaat goed komen.”

Dat doet het inderdaad tot het moment dat we de koffers gestald hebben en de coupé inlopen: de door ons gereserveerde plaatsen zijn bezet. Een conducteur die de zorg voor ons op zich heeft genomen, vraagt even naar ons kaartje en begint gedecideerd te gebaren dat zowel de koffers als wij  de trein weer moeten verlaten en zo staan we in no-time weer naast de trein op het perron, als enigen: alle andere reizigers zitten in de trein waar de deuren van dichtgaan. We weten ook even niet waar onze tickets zijn gebleven, maar dan vertelt een andere stationsbeambte dat de conducteur naar de ticketservice is om voor ons een nieuw ticket uit te laten draaien. Op het oude was abusievelijk de datum van morgen vermeld.
De machinist hangt relaxt uit het raampje en wacht rustig tot wij weer met de koffers én een geldig ticket in een andere coupé – gelukkig ook met airco – zijn ingestapt. Pas dan klinkt de bel en vertrekt de trein. Ik wil niemand tekort doen, maar ik zie het nog niet gebeuren bij de NS (en dat is maar goed ook: dit is echt zo’n andere wereld.)

(Het nieuwe ticket met de juiste datum.)

In Pak Song gaat het er iets anders toe. Daar staan geen hulpen klaar en ook geen tuktuks of taxi’s. Als we een beetje zoekend om ons heen kijken komt er toch iemand naar ons toe die een tuktuk regelt om ons naar het resort te brengen.
We worden ontvangen door een Thaise dame die geen woord Engels spreekt maar wel kan telefoneren: ze heeft de “host op afstand” aan de lijn, om onze gegevens te verifiëren en ze brengt ons naar onze accommodatie. Het valt ons tegen. Op de beloofde veranda staan stoelen noch tafel, alleen een paar vaste houten banken. De kamer op zich is wel OK, maar we kunnen geen raam ontdekken in het donkere hok. We protesteren; dit is niet de bedoeling; we willen iets anders. De hulplijn wordt weer gebeld en we mogen een aantal andere kamers zien. Uiteindelijk kiezen we de kamer naast de eerste (die precies hetzelfde is), maar hier hebben we tenminste een tafel op de veranda en er zijn 2 ramen die ook nog open kunnen.

We gaan eerst iets zoeken om te lunchen en dat paradijs ligt om de hoek “Love hut”, een vegarestaurant waar we paddenstoelensoep en paddenstoelensate eten; allebei hartstikke lekker!

‘s Avonds eten we een eindje verder bij een Thai en worden we geholpen door een “knipmeske”. We worden akelig van haar onderdanigheid en ook van “…I just call… to say….I love you….”; we weten dan al bijna zeker dat we hier niet de geplande 3 nachten verblijven, maar morgen alvast vertrekken naar Phimai, het volgende adres. Het lukt ons namelijk niet om voor morgen een excursie naar het wildpark te plannen en al helemaal niet met een aangepast programma voor mij ivm mijn huidig loopvermorgen (wat overigens snel aan het herstellen is); er wordt niet afgeweken van de standaardtrip. Jammer, maar ach er zijn ergere dingen. Een beetje improviseren vinden we wel leuk!

Dit bericht is geplaatst in Uncategorized. Bookmark de permalink.