Camping Sikia is een hele fijne camping met een goed restaurant met bar direct aan het strand van de Pagasitische Golf, op het groene schiereiland Pilion. De camping ligt tussen de dorpjes Kato Gatzea en Kala Nera in een grote olijfgaard en wij krijgen weer een hele fijne grote plek.
Gelukkig hebben we hier een paar dagen ”op de plaats rust” gepland en we zijn er nog maar net als Peter zijn handdoek pakt en in de zee gaat zwemmen. Hij komt terug met de enthousiaste mededeling dat het water heerlijk is en helemaal niet koud (dat laatste is een aansporing voor mij, maar ik kom niet verder dan de belofte morgenochtend in zee te gaan met hem.) Het campingpad is namelijk 100 meter lang, en steil naar beneden ( en je moet altijd terug he?). Nou moet ik zeggen dat ook dát heel erg went, want na 2 dagen vind ik het “appeltje-eitje”, maar dat komt misschien meer doordat het restaurant, de bar en het winkeltje ook aan het strand liggen en we dus inmiddels heel wat afdalingen hebben moeten maken.
Zaterdags gaan we – nadat we in zee gewommen hebben – fietsen. We nemen de zuidkust. Daar is het rustiger en een flink stuk gaat over de niet-provinciale wegen. Als we in het eerste dorp aankomen, vraag ik wat er op het routeblaadje staat over dit dorp. “Hier kun je een lekker kopje koffie drinken” leest Peter voor en dat doen we dan maar….
We moeten dan nog 4 kilometer verder voor we op het beoogde eindpunt zijn en dat hebben we geweten! Ik heb nog nooit zo’n steil weggetje gezien en het gebeurt maar zelden, maar we moeten van de fiets af en lopend met de fiets aan de hand, omhoog klimmen. En dan ben je blij met je ”wandelhulp” op je elektrische fiets. Op de nieuwe (iets zwaardere) fiets van Peter ontbreekt dat hulpje en dat valt in deze omstandigheden vies tegen, maar we overwinnen de bult en de lunch in het autentieke restaurantje maakt alles goed.
Superdag!
en dan de zondag….
We fietsen eerst ’s morgens 7 km. naar een treinstation. Peter heeft gisteren met behulp van de campinghostess twee tickets geboekt voor een treinreis van 12 km. de bergen in naar Milies, 1 1/2 uur boemelen over de smalste spoorlijn ter wereld. Geweldige ervaring.
Als we naast elkaar op de gereserveerde plek op het bankje zitten, komen onze overburen…
Ze komen niet alleen… ze hebben een hele grote tas bij zich die ze op hun schoot nemen…daar zit hun hondje in….Fikkie mag mee vandaag….
Omdat we in de achterste wagon zitten, kan Peter op het balkonnetje buiten veel mooie plaatjes maken en omdat binnen alle ramen openstaan kun je heel goed naar buiten kijken. t Is wel oppassen dat je niet te ver naar buiten hangt, want dat kan je letterlijk de kop kosten.
Op de eindbestemming moeten we nog een kwartier ”klauteren” voor we op de square zijn: het centrum van het dorp dat verder nog maar een enkele straat heeft.
Op die square staat een heel, heel mooi kerkje. Dat wisten we niet, daarom is de verrassing des te groter.
Op de terugweg hebben we allemaal weer andere plaatsen (sommige mensen gaan te voet terug: 3 uur dalen), andere mensen komen er bij…
Alleen wij – geloof het of niet – hebben dezelfde overburen: het Duitse echtpaar met Fikkie.
Op de terugweg zijn we minder met de camera in de weer en dat is op een of andere manier ook wel relaxet.
Als we een kilometer of twee gefietst hebben, passeert ons een claxonnerende scooter. Het Duitse echtpaar zwaait ons vrolijk toe, Fikkie stevig tussen hen ingeklemd…