19 mei
Omdat we toch betrekkelijk vroeg wakker zijn, gaan we ook op tijd ”en route”. We gaan vandaag naar de hoofdstad van Slovenië: Ljubljana.
Mocht deze naam vaker in dit blog voor gaan komen, dan schrijf ik L (wat een vreemde lettervolgorde is dit voor me: lj; blj.
De rit naar L gaat voor het grootste deel over een snelweg en we zijn er dus al om een uur of 11.
In L rijden we eerst de camperplaats voorbij (de ingang is nogal verdekt opgesteld, vinden wij), maar als we terugrijden is hij goed te zien. Het is er helemaal niet druk: er staan maar een stuk of drie campers. We kiezen een fijne plek uit, melden ons aan bij het kantoortje en na wat aanwijzingen van de receptioniste rijden we op de fiets naar het oude centrum. Wanneer we de goede brug te pakken hebben, is het één rechte weg. In no time rijden we langs het wandel-/fietspad langs de rivier. We halen een plattegrondje bij het toeristenbureau, laten onze fietsen daar achter en verkennen de oude binnenstad te voet. Het is er gezellig levendig, heel jong en relaxt. We gaan mee in het ritme, slenteren door de straten en langs de stalletjes die vooral rondom de markt te vinden zijn en rusten hier en daar wat uit op een terras. De temperatuur is zomers: je zou het er warm van krijgen!
Als we hier een beetje uitgekeken zijn, stappen we weer op de fiets en rijden naar de buitenwijken.
Eén ervan heeft een klein kunstenaarsgebied; eigenlijk maar een blok ”huizen” met jonge ”wannabe kunstenaars”. De één wil al mysterieuzer lijken en kijken als de ander, wat resulteert in veel weedgeur en sjagrijnige blikken. Een iets oudere man is ook heel experimenteel bezig, volgens hemzelf en nodigt ons uit om in zijn atelier rond te kijken waar wat figuratieve terra cotta beelden staan. Leuk, maar niet om voor naar L te rijden.
In het Tivolipark komen we op het terras van de plaatselijke tennisclub terecht waar we genieten van een leuke pot tennis onder het genot van een spotgoedkoop en ook nog eens lekker wijntje.
We besluiten de middag met een Vietnamese hap (Peter laat geen gelegenheid voorbij gaan om Vietnamees te eten en ik sluit me daar heel graag bij aan.)
Tevreden fietsen we terug naar de camperplaats waar om de hoek een E. Leclerc-super blijkt te zijn.
We zijn helemaal gelukkig.